Donderdagmiddag vijf uur. Eindelijk dringt het tot me door
dat ik klaar ben met de tentamens waar ik tot gisteren met enige mate van
obsessie voor geleerd had. Wat deed ik eigenlijk ook al weer als ik niet aan
het studeren was? Ik opende mijn laptop en stuitte op een column die ik een
paar weken terug had geschreven voor…ja, waarvoor eigenlijk? Het plan was om
het in te sturen als artikel voor het kerkblaadje, maar daar bleek het iets te
lang voor te zijn. Wat kun je dan doen als studente levende in de
eenentwintigste eeuw? Juist – je start gewoon een blog!
In de eerste instantie gaat de gedachte van het starten
van een blog bij mij gepaard met een hoop onzekerheid en een zeker wantrouwen
naar mezelf toe. Ga je het dit keer echt goed bijhouden, Shanna? En dat zonder
te vervallen in nietszeggende voorspelbare posts (waar deze post allicht erg op
begint te lijken…)? Tegelijkertijd blijft het bestaan van de geschreven column
aan mijn hart knagen. Ik weet zeker dat het schrijven van dat artikeltje
geïnspireerd was door de Heilige Geest. Welke gek gaat er anders midden in de
nacht zijn of haar warme bedje uit om een kladversie van een column te
schrijven? – Ik in ieder geval niet.
Gisteravond volgde na de kerstspecial van Heel Holland
Bakt op NPO2 (een geliefd programma van deze amateur bakster) een speciale
uitzending van het NOS-journaal. Er bleken rellen uitgebroken te zijn in
Geldermalsen, buiten de raadszaal waar de raadsleden van de gemeente aan het
vergaderen waren over de mogelijke plaatsing van een asielzoekerscentrum in de
gemeente. Er werd met vuurwerk gegooid naar politiemensen en de hekken werden
van hun plaats gerukt. Wat angst en onzekerheid met mensen kan doen…
In mijn hart klonk zachtjes de melodie en tekst van een
psalm: Waar liefde woont, gebiedt de Heer Zijn zegen. Daar woont Hijzelf, dáár
wordt Zijn heil verkregen én ‘t leven tot in eeuwigheid.
Ik veroordeel deze mensen niet, absoluut niet, ik ken net
zoals iedereen het gevoel van onzekerheid en angst. Wat ik wel veroordeel zijn
de daden en het gebrek aan naastenliefde dat eruit blijkt. Dorp of geen dorp,
vijftienhonderd vluchtelingen of vijfhonderd, angst of geen angst, op rellen
zoals die van gisteravond rust geen zegen. Het is slechts een respectloze,
egocentrische actie. Een gemeente waarin veel christelijke broeders en zusters
wonen zou toch moeten overlopen van de Liefde van psalm 133?
De mogelijke participatie van broeders en mogelijk ook
zusters bij een dergelijke actie roept bij mij de vraag op of wij als
christenen wel goed
beseffen Wie die God is
die we belijden en wat Hij ons belooft in de bovengenoemde psalm. Het lijkt
erop dat God en het christelijk geloof voor een aantal (ik vrees dat hier
eigenlijk ‘velen’ zou moeten staan) onder ons meer een soort vastgeroeste
familietraditie aan het worden is dat iets te maken heeft met zondagsdiensten
en een boek genaamd de Bijbel. Het leven is eruit. Het Leven is eruit, maar Hij
blijft kloppen aan de deur van ons hart. Het tekstje ‘Hij verlaat niet wat Zijn
Hand begon’ betekent namelijk dat God niet opgeeft. Hij weigert op te geven,
omdat Hij Liefde is.
Hoe vaak wij ook de fout
ingaan, het schrikt Hem niet af. Dus waarom laten we Hem niet gewoon binnen?
Waarom laten we de asielzoekers niet gewoon binnen? Kiezen we voor zegenloze
angst? Of geven we Liefde en diens zegen een kans?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten